Gyeongju

Dag 67: Nog meer groene heuvels
Woensdag 16 mei 2012

Na enkele heerlijke uurtjes slaap, die van mij eigenlijk nog wel iets langer mochten duren, stond ik op en verliet ik tegen elven het hostel. Er begon opnieuw een eeuwigdurende rit in de metro, waarbij ik eenmaal moest overstappen en op de tweede lijn helemaal tot het eindpunt moest reizen. Ook vandaag probeerden verkopers producten aan te smeren -pennen en een tubetje poetsmiddel-, maar het leek alsof ze in de cabines in het luchtledige aan het praten waren, want niemand keek naar hen op of om. Bij het eindpunt bevond zich de noordelijke busterminal, waarvandaan ik een bus nam naar het plaatsje Gyeongju. Het was een rit die net zo lang duurde als de rit in de metro, dus dat viel best mee. In Gyeongju kwam ik er al snel achter dat het een plaats was waar ik niet zo dol op ben. Dat het een relatief rustige stad was met niet heel veel inwoners (vooral vergeleken met de miljoenen uit Busan) en alleen maar laagbouw vond ik niet erg, maar wel dat alles voor een kleine stad enorm uitgestrekt was. Er waren vele brede en lange wegen met aan weerzijden huizen, met hier en daar een lokaal winkeltje; van een echt centrum was geen sprake en echt modern was het ook niet. Gyeongju beschikt over een behoorlijk aantal belangrijke plekken en monumenten, waardoor het historisch gezien de bekendste stad van Zuid-Korea is. Maar ook al deze plekken liggen behoorlijk verspreid in en rond de stad, in een straal van enkele kilometers, wat het bezoeken ervan niet echt praktisch maakt.

Eerst checkte ik in bij m'n guesthouse, een mooi traditioneel Koreaans huis, bewoond door een familie en een hond. Vervolgens heb ik een begin gemaakt aan het bezoeken van enkele bezienswaardigheden die nog redelijk op loopafstand lagen; morgen zal ik dan proberen met bussen iets verder te kunnen komen. Ik liep langs een drukke weg en zag aan de overkant een enorm grasveld liggen. Op het grasveld stonden enkele grote groene heuvels, waar het niet de bedoeling was om op te klimmen of op te picknicken. Het waren namelijk historische graftombes van koningen uit het oude Silla-koninkrijk, een belangrijke en welvarende periode van zo'n 1000 jaar, waarvan deze stad de hoofdstad was. Ik hield de heuvels aan mijn rechterzijde en liep verder door een redelijk leegstaand gebied, met enkel gras, bloemenveldjes, bomen en watertjes. De grote parkeerplek iets verderop had echter ook talloze toeristen en leerlingen met touringcars naar dit gebied gebracht, aangezien er nog een park was met graftombes en een stenen bouwwerk dat vroeger gediend heeft als uitkijktoren. Ik liep zeker een halve kilometer verder door een kale omgeving, waarna zich vanuit het niets plots het National History Museum opdook. Volgens de Lonely Planet was het dit mooiste museum van het land. Alhoewel ik hier nooit over zal kunnen oordelen, was het zeker een mooi museum, dat nog gratis was ook. Het bestond uit meerdere gebouwen en toonde een grote collectie van opgegraven artefacten uit het Silla-tijdperk, allerlei Boeddhabeelden en vele schatten uit de graftombes. Ondanks de hordes schoolkinderen was het een interessant bezoek, welke ik afsloot met het bekijken van een grote bel op het museumterrein.

Ik liep een stukje terug en betrad een terrein waar in het verleden een groot tempelcomplex gevestigd zat. Nu was er echter niets meer van over en was het niet veel meer dan een grasveld met drie eenvoudige tempelgebouwen die herbouwd waren. Ook lag hier de Anapji Pond, een watertje waar je nu omheen kon lopen en met enig geluk eekhoorntjes, kikkers en hangende rupsen kon spotten. M'n middag was ondertussen al om en ik had wel genoeg gelopen. Ik liep het hele stuk terug richting het guesthouse en was ondertussen op zoek naar een plek om te eten. Dit viel echter nog niet mee, omdat er op enkele koffietentjes en vele zaakjes met unieke lokale broodjes na nou niet echt veel restaurantjes te vinden waren. De avond heb ik vrij rustig doorgebracht, aangezien ik nog steeds goed wilde uitrusten en bijslapen.

Tip van de dag: laat bij het busstation een blaadje zien waarop ‘Gyeongju' in het Koreaans staat, aangezien de kans zeer groot dat je het verkeerd uitspreekt en je een ticket naar een andere plaats krijgt. Bij het hostel in Busan heb ik niemand in één keer duidelijk kunnen maken wat m'n volgende bestemming was.

Opvallend feitje: in de metro van Busan staan kasten met zuurstof- en/of gasmaskers, voor het geval er brand uitbreekt, of iets ergers.

Dag 68: Koreaans cultureel erfgoed
Donderdag 17 mei 2012

Vanochtend kon ik eindelijk weer goed uitslapen, waardoor ik helemaal bijgeslapen was van de afgelopen drukke dagen. Net zoals alle Nederlanders thuis vandaag heerlijk op stap konden gaan vanwege Hemelvaart, ben ik ook op stap gegaan. Zoals ik al eerder liet weten, is Gyeongju de meest culturele stad van het land en dat uit zich tevens met twee bijzondere tempels die op de Werelderfgoedlijst staan (de tombes van gisteren staan hier overigens ook op). Deze zijn echter niet te voet te bereiken, dus moest ik naar een bushalte in het centrum om een bus te pakken die naar de Bulguksa Temple zou rijden. Onderweg zag ik dat er toch nog iets van een centrumpje was in deze stad, aangezien er op de stoepen van enkele wegen marktkraampjes gevestigd waren. Eenmaal buiten de stad reden we voornamelijk langs boerenland. 12 Kilometer verderop bereikten we het enorme parkeerterrein van de bekendste tempel van het land. De tempel was nog niet in beeld, maar het was nog niet m'n bedoeling om deze te bezoeken. Ik keek eventjes rond bij enkele halflege winkeltjes hier en stapte vervolgens op de bus naar de andere tempel, de Seokguram Grotto, aangezien deze slechts één keer per uur rijdt en ik vlak voor dat moment was aangekomen bij de halte. Een kwartier lang slingerde de bus door haarspeldbochten de berg op, waarna we het eindpunt bereikten.

Over een bospad was het vervolgens nog een halve kilometer lopen naar de tempel. Langs het gehele pad hing een slinger van lampionnen in alle kleuren van de regenboog. Ook onderaan de tempel waren honderden lampionnen opgehangen; als een dak hielden ze al het felle zonlicht van vandaag tegen. Na enkele trappen was ik bij het kleine tempeltje, met daarbinnen de Grotto achter een wand van glas. In het museum gisteren had ik een film gezien over hoe dit heiligdom was gebouwd; er was een grote Boeddha geplaatst, waarna er diverse stenen wanden omheen zijn geplaatst en ervoor om een toegangshal te creëren. Twee goden en tien bewakers waren op de muren afgebeeld. Stenen waren hier vervolgens bovenop geplaatst om een dak met koepel te vormen, waarna er een hele hoop rotsblokken bovenop werden gegooid. Door het glas, in een houten voorportaal, kon je nu de Boeddha zien zitten en enkele wanden bekijken; het was klein, maar fijn. Samen met een enorme meute schoolkinderen daalde ik weer af en twijfelde ik of ik de bus terug zou nemen, of via het twee kilometer lange bergpad naar beneden zou wandelen. Een blik op de klok en het zien van enkele eekhoorntjes deden me doen besluiten voor de laatste optie te gaan. In zo'n drie kwartier wandelde ik over een stenen bospad terug naar de tempel, waar ik achteraf geen spijt van had. Onderweg kwam ik namelijk tientallen eekhoorntjes tegen die speels aan het rondrennen waren of op zoek waren naar eten. Ook zag en hoorde ik op een gegeven moment iets ritselen tussen de bladeren, wat geen eekhoorn, maar een dunne slang van zo'n halve meter bleek te zijn. Langzaam kronkelde deze vooruit, op zoek naar lekkere hapjes. Een onbereikbaar hapje kwam op dat moment achter mij naar beneden abseilen. Een kleine zwarte rups bungelde aan een voor mij onzichtbaar draadje en was op weg naar de grond.

Toen ik de Bulguksa Temple had bereikt, mocht ik enorm van geluk spreken. Net toen ik onder de toegangspoort stond, begon het te regenen. Gelukkig kon ik hier, in tegenstelling tot in het bos, wel schuilen voor de bui die slechts tien minuutjes duurde. Ik bezocht de tempel, welke ook prachtig versierd was met gekleurde lampionnen. Deze hingen er niet elke dag, maar waren opgehangen ter gelegenheid van Buddha Day op 28 mei. Ik had dus geluk om meer sfeer te zien rond deze tempel. Het was een tempelcomplex bestaande uit diverse gebouwen met daaromheen een muur. Donkerrood was de overheersende kleur bij de gebouwen, waarin Boeddhabeelden stonden en meer religieuze versieringen hingen. Tevens stonden er buiten twee pagodes en waren er op een bepaalde plek allemaal kleine stenen torentjes gebouwd. Het complex zag er al met al bijzonder uit en dat wisten vele andere toeristen en schoolklassen ook maar al te goed. Na het bezoek liep ik terug naar de bushalte, waar een taxichauffeur me probeerde over te halen om in zijn taxi te stappen. Vanwege de hoge prijs (vergeleken met de bus) deed ik dat uiteraard niet, maar wel vond hij het interessant om te horen dat ik uit Nederland kwam en was het erg lollig dat hij Guus Hiddink kende en vervolgens allerlei namen van het Nederlandse elftal begon op te zoeken en probeerde uit te spreken.

De bus bracht me terug naar het centrum van Gyeongju, waar ik alvast een buskaartje aanschafte voor m'n vervolgreis van morgen. In de avond heb ik me vervolgens alvast deels ingelezen op m'n volgende bestemming. Om meerdere redenen zullen het een paar hele bijzondere dagen gaan worden in Zuid-Korea's enorme hoofdstad Seoul!

Tip van de dag: houd je oren en open goed open!

Opvallend feitje: stopcontacten zijn hier, in tegenstelling tot de meeste andere Aziatische landen, hetzelfde als bij ons.

Reacties

Reacties

mama

Het is maar goed dat je terug bent gaan lopen anders was je die mooie slang nooit tegengekomen.
Alle filmpjes waren geweldig om te zien, in het bijzonder de robotvissen waren erg leuk om te zien.
liefs van mij en tot horens vanuit Seoul

papa

Hoi gozer, ook in Korea maakt je weer leuke belevenissen mee. Ik vraag me toch af, hoeveel boeddha's hebt jij in je jonge leven al gezien? Leuk he, dat ze de naam Guus Hiddink kennen en ook uit Nederland komt, het werkt misschien in je voordeel met afdingen of zo!! Je foto's zijn prachtig opgenomen. Blijf genieten van al dat moois en we zullen je verhalen blijven volgen, nog veel plezier...

Grace

Wandelen van een bergpad van 2km lang en een slang van een halve meter tegen komen?Niks voor mij.
Kwamen die eekhoorntjes ´toevallig`hier uit de Achterhoek net zoals Guusje Hiddink? Zijn naam staat ook in het Koreaans als je hier bij ons Varsseveld binnen komt rijden.
Tot de volgende bestemming in Seoul.

Grace

Wat vrolijk al die gekleurde lampions.
En de viooltjes, dacht dat het alleen in Europa voorkwam.
Schitterend je foto´s.

{{ reactie.poster_name }}

Reageer

Laat een reactie achter!

De volgende fout is opgetreden
  • {{ error }}
{{ reactieForm.errorMessage }}
Je reactie is opgeslagen!